Vuurtoren

PUBLIEKE BÈTA

Opmerking: u kunt de lettergrootte en het lettertype wijzigen en de donkere modus inschakelen door op het pictogramtabblad "A" in de Story Info Box te klikken.

Je kunt tijdelijk terugschakelen naar een Classic Literotica® ervaring tijdens onze lopende openbare bètatests. Overweeg om feedback te geven over problemen die u ervaart of om verbeteringen voor te stellen.

Klik hier

"Ja... graag, ik wil graag een tijdje bij je zijn, als je het niet erg vind tenminste"

"Als dat zo was had ik het niet voorgesteld"

***

"Je hebt weinig bagage bij je" hij wees naar de kleine rugzak op haar schoot, ze keek naar hem vanaf de bijrijdersstoel. Ze was klein, een klein rank meisje met een kleine tas op haar schoot.

"Ja.. ik had niet gedacht langer dan een dag hier te zijn"

"Ok.. nou je hebt spullen nodig, sowieso heb je op het eiland niets, maar het kan ook koud worden, erg koud, het is midden winter"

"Ok, kun je ergens stoppen dan waar ik wat kleding en spullen kan kopen?"

"Dat was ik al van plan" hij lachte vriendelijk naar haar, hij kende haar net een paar uur maar hij mocht haar, ongekend voor zijn doen, hij wantrouwde eigenlijk iedereen. Hoe deed ze dat? Peinzend keek hij naar de weg voor zich.

Een uurtje en vier winkels verder had Marjolein genoeg spullen en kleding om de week door te komen. Hij had zich afzijdig gehouden, onwennig, winkelen met een vrouw was niet iets dat hij had verwacht ooit te doen.

***

Tijdens de overtocht had hij naar haar gekeken, de wind was toegenomen die dag en de zee was ruw. Normaal gesproken deed het hem niet veel maar nu had hij iemand bij zich, iemand die hij moest beschermen, zijn kleine zusje. Hij had ineens een klein zusje en voelde de drang haar te beschermen. Peinzend keek hij over de zee, onbekende gevoelens aftastend.

Hij gaf haar een hand en hielp haar op het dok en keek naar haar schoenen "Het is beter als je je nieuwe schoenen aandoet, die je nu aanhebt zijn niet geschikt"

Marjolein ging op een rots zitten en keek over de zee uit terwijl ze haar schoenen wisselde "Het is mooi hier Jeroen"

Hij ging naast haar zitten en keek even naar haar "Het is erg mooi hier, maar ook verlaten, we zijn de enige zielen op dit eiland"

Terwijl ze haar veters strikte schoot ze in de lach "dan zal ik je maar moeten vertrouwen Jeroen"

Geschokt keek hij naast zich "ik... natuurlijk kun je me vertrouwen..."

"Dat doe ik ook Jeroen, je voelt vertrouwd, anders had ik me nooit laten ontvoeren naar een afgelegen eiland"

"Ik heb je niet ontvoerd" hij stond op, keek haar fel aan en en begon te lopen.

Snel pakte Marjolein haar spullen en rende achter hem aan "het was een grapje Jeroen... ik meende het niet"

Zwijgend liep hij door, Marjolein in zijn kielzog. Ze baalde, ze had het als grapje bedoeld, maar hij had het duidelijk niet leuk gevonden. Het vervelendste was nog wel dat ze het helemaal niet erg zou vinden om door hem ontvoerd te worden, ze wist dat het haar broer was, maar hij lichaam dacht er anders over, hij was knap, woest aantrekkelijk, ruw.

***

Na een half uurtje zag ze het huisje, een klein wit huisje tegen de vuurtoren aangebouwd met een bruin rieten dak. Één muur van het huisje werd gevormd door een enorme rots,

Het huisje stond op een uitloper van de hoge kliffen aan de oceaanzijde van het eiland. Het enige stukje beschaving in het verder woeste en groene landschap. "Wauw... wat mooi" mompelde ze terwijl ze naast hem liep, het was mooi, die eenzame buitenpost van de beschaving.

In de kommen van de grasvlakte lag sneeuw, kleine witte vlekken in de groene eindeloosheid. De mist sloeg in flarden rond het nietige bouwwerk en werd door de wind over het landschap gejaagd.

***

"Hier, wat warmte" Ze keek naar hem op en pakte de mok met dampende thee aan van hem "Dank je" mompelde ze. Ze keek naar hem terwijl ze van haar thee dronk. Hij was druk met het wegbergen van de voorraden terwijl een ketel water op het houtgestookte fornuis opwarmde.

Zwijgend gooide hij een groot stuk vlees in het kokende water en begon met het snijden van groente. Ze ging naast hem staan en hielp hem, zonder een woord te zeggen stonden ze naast elkaar, bezig met het avondeten.

Ze voelde zich klein naast hem, ze kwam net tot aan zijn borst en vaak keek ze op naar hem als ze hem de gesneden groente aangaf om in de pan te gooien, hij was prachtig.

Al snel rook het naar soep in het kleine huisje en terwijl de soep trok zaten ze tegenover elkaar, aftastend. Onwennig.

"Ben je getrouwd?" vroeg ze op een gegeven moment, ze wilde het weten, maar ze wist het antwoord al, hij was hier alleen, niets deed vermoeden dat er hier ooit een vrouw kwam.

"Nee, ik heb geen vrouw" zei hij terwijl hij opstond en in de soep roerde. Zonder haar aan te kijken vroeg hij of ze een vriend had, Marjolein schudde haar hoofd maar realiseerde zich dat hij geen ogen in zijn achterhoofd had. "Nee, nooit gehad zelfs" mompelde ze onverstaanbaar.

"Mmm Mannen in Nederland zijn blind?" hij draaide zich om en keek naar haar, zonder schaamte gleden zijn ogen over haar slanke kleine lijf, haar volle maar kleine ronde borsten en haar prachtige gezichtje. Ze voelde dat ze rood aanliep en sloeg haar ogen neer "ik weet het niet, ik..." ze mompelde verlegen.

Hij zetten een kom dampende soep voor haar neus en zette een schaal brood op tafel. Hij had het vlees uit de pan gevist en sneed het in stukken. Een deel zette hij op tafel en de rest gooide hij terug in de soep. Hij ging tegenover haar zitten en keek haar aan

"Eet smakelijk"

"Eet smakelijk Jeroen" ze glimlachte naar hem

***

"Word je nooit eenzaam hier?" ze stond geleund tegen zijn bureau terwijl hij bezig was met zijn werk. "Ach, ik hou van de eenzaamheid hier" hij haalde een aantal schuifregelaars over en Marjolein keek toe hoe de lichtbundel van de toren door de duisternis priemde.

"Vind je het dan niet vervelend dat ik hier ben?" ze keek in zijn ogen.

Hij draaide zich op zijn stoel en keek naar haar, hij zei niets.

Marjolein liep naar het manshoge raam van de controlekamer en keek over de oceaan, slechts periodiek verlicht door de straal van de vuurtoren. Jeroen ging naast haar staan "Dit is het einde van de wereld" ze keek omhoog naar Jeroen "alleen wij tweeën" en ze pakte zijn hand. Zwijgend keken ze in de duisternis.

"Jeroen?"

Hij zei niets, maar vanuit haar ooghoeken zag ze dat hij naar haar keek.

"Wil je me knuffelen?"

Ze wachtte af, wat zou hij doen? Haar hart sprong even toen ze zijn arm rond haar middel voelde maar ze reageerde direct en sloeg haar armen rond zijn middel en drukte zichzelf tegen zijn lichaam aan. Zijn geur, zijn harde gespierde lijf. "Dank je" fluisterde ze terwijl ze haar gezichtje tegen zijn borst wreef en zijn geur inhaleerde.

***

Die nacht fantaseerde ze over hem, hoe hij haar had ontvoerd naar hier voor zijn genot, hoe ze zijn sexslaaf was, hier op dit eiland, geen ontsnappen mogelijk, overgeleverd aan zijn lusten.

Ze gleed met haar vingers langs de rand van haar slipje en streelde haar harde klitje, ze kreunde zachtjes. Fantaserend hoe hij haar benen spreidde. Naar haar keek, zijn slaafje. Zijn massieve lijf boven haar, zijn erectie tegen haar hulpeloze maagdelijke opening. Machteloos zou ze zich laten nemen, keer op keer, als zijn bezit.

Kreunend penetreerde ze zichzelf, haar spieren golvend rond haar vingers, haar natte warmte omsloot haar. Ze kwam, een kleine kreet ontsnapte haar, een kreet in de duisternis, in de absolute stilte.

***

Hij hoorde een kreet, kort, hij zat meteen overeind in bed, het was Marjolein geweest, wie anders. Aandachtig luisterde hij of hij meer hoorde, het bleef stil. Hij sloeg zijn benen over de rand van zijn bed en snel liep hij naar haar kamer. Hij klopte zacht op haar deur en opende haar deur iets.

"is er iets Marjolein?"

"Nee, sorry, ik schrok..."

"Oh ok, als er wat is moet je het zeggen hoor, het kan eng zijn zo afgelegen, ik snap dat"

"Nee het gaat wel"

"Ok welterusten"

"Welterusten Jeroen"

***

Die ochtend nam hij haar mee, ze wandelden over het eiland, het was een klein eiland, in vier uur kon je het rondlopen. Hij liet haar de hoge kliffen aan de oceaanzijde zien en zijn bankje op de hoogste top. Ze hadden een tijd daar gezeten en ze had zijn hand gepakt terwijl ze haar hoofd tegen zijn schouder had laten rusten.

De ruïne van het oude klooster had haar sprakeloos gemaakt, de afgebrokkelde toren, de muren die nog stonden en de enige kamer die nog intact was. Ze had zich vergaapt aan de dikke eiken balken die het dak hadden ondersteund.

Halverwege de wandeling had ze haar arm om de zijne geslagen en naar hem opgekeken "ik ben blij dat ik je heb opgezocht Jeroen, ik ... mag je erg graag" Hij had gelachen "ik mag jou ook kleintje"

Toen ze weer in het kleine huisje waren had hij thee voor haar gemaakt en de soep opgewarmd, het leven was eenvoudig hier. Ze wist dat ze hier kon wennen, dat ze hier een plek zou hebben, zeker met hem bij haar. Ze keek naar hem terwijl hij bezig was in het kleine keukentje.

"Ik ben geloof ik verliefd aan het worden op deze plek Jeroen"

Hij keek naar haar en glimlachte "het is eenzaam hier hoor"

"Dat geloof ik graag, maar zo mooi, en rustig"

"Hier heb je altijd rust, dat klopt"

***

Die avond zat ze weer bij hem terwijl hij zijn werk deed. Ze zette een kop koffie voor hem neer en keek naar hem vanaf een afstandje. Toen hij klaar was stonden ze weer bij het raam en keken uit over de inktzwarte zee, ze sloeg haar arm rond hem heen en hij knuffelde haar weer. Ze genoot van zijn sterke armen om haar heen, zijn zachte strelingen op haar rug, zijn geur.

"Zou je het erg vinden als ik langer bleef dan één week?"

Hij keek omlaag naar Marjolein, ze had haar hoofd omhoog gekanteld en keek hem in zijn ogen, god wat was ze mooi.

"Ik weet niet, ik weet niet of het wijs is"

"Hoezo?"

Hij keek in haar ogen en lachte flauw "gewoon"

Ze schoot in de lach "nee, zeg dan"

Hij keek weg, weer over de zee, de inktzwarte duisternis, wachtend op de lichtflits. Hij zei niets. Zachtjes streelde hij haar rug en haalde toen diep adem.

"Omdat je een hele mooie vrouw bent"

Marjolein giechelde "dank je, en daarom kan ik niet langer blijven?"

"Beter van niet" hij liet haar abrupt los en liep de controlekamer uit.

"Jeroen... wacht" ze rende achter hem aan en pakte zijn hand

"Waar ben je bang voor?"

Zonder wat te zeggen liep hij naar de keuken, pakte een fles whiskey en twee glazen. Hij ging aan de tafel zitten. Hij vulde de twee glazen met ieder twee vingers whiskey en schoof haar een glas toe.

"Marjolein, ik vind je een hele mooie vrouw, en ik wil je heel graag zien als mijn kleine zusje, maar alles wat ik zie is een oogverblindend mooie vrouw. Ik denk dat ik me niet kan beheersen met jou lang om me heen"

Marjolein keek naar hem en nam een slok van de whiskey, gevolgd door een hoestbui. Rood aangelopen en met tranen over haar wangen keek ze hem aan "jezus... dat spul" piepte ze giechelend. Nadat ze een beetje was bijgekomen van de brandende sensatie in haar lichaam keek ze lang naar Jeroen.

"Ik zie hetzelfde denk ik Jeroen, ik wil je heel graag zien als broer, maar eigenlijk zie ik een woest aantrekkelijke man, ik.... Ik voel wat voor je, misschien vind ik het helemaal niet erg als je je niet beheerst"

Ze sloeg haar ogen neer en keek naar haar glas. Ze voelde het bloed naar haar hoofd stijgen, ze bloosde, had ze dit zo snel moeten toegeven aan hem? Ze keek even naar Jeroen die blijkbaar ook verdiept was in zijn glas. Na een korte stilte zuchtte hij diep en keek haar aan.

"Beter van niet Marjolein"

Hij sloeg zijn whiskey achterover en streek langs haar haar "ik ga slapen, beter ga je ook lekker naar bed, morgen wilde ik wandelen en wat eten bij de ruïne"

"Ok, welterusten Jeroen" ze pakte zijn hand en hield hem tegen haar wang "ik meende wat ik zei, he"

Jeroen keek haar lang aan en streelde met zijn duim langs haar wang "weet ik, ik meende het ook, maar, meisje, ik ben je broer en te oud"

Marloes schoot in de lach "Genetisch misschien, maar ik ken je net en te oud maak ik zelf wel uit" en ze stak haar tong naar hem uit. "Welterusten oude man" en ze knipoogde terwijl ze opstond en hem volgde tot ze bij haar eigen slaapkamer was, ze keek hem na.

***

Die nacht lag ze weer lang wakker en herhaalde in haar hoofd wat ze hadden gezegd en hoe, hij vond haar aantrekkelijk, dat had hij gezegd. Zij hem ook, ze wist dat ze hem voor zich kon winnen. Ze wist dat ze hem wilde, ze had hem gevonden, niet haar broer, maar de man van haar dromen, stoer, ruw, groot. Ze dacht aan hoe zou zijn om met hem hier te wonen, zijn vrouw te zijn, altijd klaar voor hem.

Ze gleed met haar vingers langs de rand van haar slipje en streelde haar harde klitje. Hij had haar vastgebonden, ze lag hulpeloos. Haar handen aan de stijlen van het bed, haar benen gespreid, vastgebonden. Ze kon niet wegkomen.

Willoos lag ze te wachten op hem, hij keek naar haar, naar haar druipend natte kutje. "Neuk me" fluisterde ze en ze gleed met haar vingers in haar warme natte opening, haar heupen schokte. Hij keek naar haar, hoe hulpeloos ze was, overgeleverd.

Zachtjes streelde ze haar klitje "ow fuck.... Ow fuck Jeroen oooooow ik ben van jou" kreunend kwam ze klaar. Ze wilde zijn slaaf zijn, zijn sletje, alleen van hem, hier eenzaam, afhankelijk van hem, smachtend. Met haar hand nog tussen haar benen draaide ze op haar zij en viel glimlachend in slaap.

***

Zwijgend liepen ze naast elkaar, de wind was stevig die dag, en koud. Mistflarden joegen over de eindeloze grasvlaktes, soms gehinderd door de enorme rotspartijen. Ze sloeg haar arm rond zijn middel en drukte zich tegen hem aan.

Na een half uurtje bereikten ze de ruïne en Marloes klom over de halve stenen muur heen naar de enige kamer die nog intact was. Het was waarschijnlijk ooit het hoofdverblijf geweest. De muren waren bewerkt geweest met een laag kalk, maar nu was het meeste afgebrokkeld. De langste muur, tegenover de ingang, was voorzien van een grote openhaard, een grote schouw die nog steeds intact was onderbrak de strakke muur.

Buiten was een kleine opslag met oude houtblokken, waarschijnlijk eeuwenoud, maar droog en geconserveerd door de kou. Ze legde drie grote blokken in de haard de stak wat kleine splinters aan, binnen de kortste keren brande het haardvuur en zaten ze voor het knisperende vuur.

Ze smolt tegen hem aan terwijl ze in de vlammen keek, zijn arm rond haar middel, zacht strelend. Ze keek even omhoog naar hem, zijn strakke mannelijke trekken.

Na een tijdje stond hij op en pakte zijn tas, hij haalde het brood en de rauwe ham en smeerde voor ieder een stuk op de grote eikenhouten tafel in het midden van het verblijf. De ruimte was inmiddels redelijk verwarmd. Marjolein had haar jas uitgedaan en keek naar Jeroen, hoe hij bezig was met hun eten.

De tafel was groot, aan elke hoek zaten twee grote stalen ringen en langs de randen om de zoveel centimeter stalen punten, ondanks de ouderdom slechts grijs geworden maar niet geroest. De tafel was waarschijnlijk eeuwen oud en goud waard, maar niet uit deze ruimte te verwijderen zonder sloopwerk.

Ze stond op en liep naar Jeroen toe, ze klom op de tafel en ging in kleermakerszit zitten. Hij gaf haar een stuk brood en klom zelf ook op de tafel. Samen aten ze hun brood en keken naar elkaar.

Na het eten doofden ze het vuur met zand en vervolgden hun weg over het eiland. Dit keer liepen ze naar de landzijde, naar het dok en het kleine strandje. Het was een strandje van kiezels en kleine keien, rond door de zee.

Marloes liep een eindje het dok op en ging aan de kop zitten, ze keek over de zee. Het vaste land was niet zichtbaar, ze zaten kilometers uit de kust. Jeroen ging naast haar zitten en gooide een steentje in het water.

"Het is mooi hier Jeroen, ik ben jaloers op je, je hebt het perfecte leven gevonden, weg van alle ellende en stress"

Hij keek naar haar en lachte "eenzaamheid moet je willen he, de meeste mensen voor mij hielden het hier net drie maanden vol, ik zit hier ruim 5 jaar en ben van plan hier te sterven"

Marloes keek in de verte "waarom eigenlijk?"

"Waarom wat?"

"Waarom ben je zo graag alleen?"

Jeroen zweeg en keek lang voor zich uit "te veel teleurstellingen, verraad, ik heb het gehad met mensen, ik ben het liefst op mezelf, ik stel mezelf ook teleur, vergis je niet, maar ik kan mezelf erop aanspreken zonder verraad, zonder leugens"

Marloes keek lang naar hem "Vertrouw je mij?"

Hij schoot in de lach "Ik ken je, even rekenen, ehm, ja precies, kort. Hoe weet ik dat nou. Wat ik wel weet is dat ik je heel graag mag, maar daar ligt juist het gevaar, mensen die ik graag mag doen me vaak het meeste pijn"

"En wat als ik je beloof dat je me daar op mag aanspreken? Zonder dat ik je zal verraden of tegen je zal liegen?"

Ze keek naar hem, zijn peinzende blik. "Wat is het dat je wil Marjolein? Wil je hier gewoon even bij me zijn en dan weer weggaan, af en toe wat van je laten horen en soms langskomen? Want dat is prima wat mij betreft."

Ze keek nu zelf lang over de zee en snoof de geur diep in zich "Ik weet het niet, ik weet het echt niet Jeroen, nu op dit moment? Ik zou niets liever willen dan hier bij je zijn, maar ik weet niet hoe ik me voel als ik hier drie maanden of drie jaar zit, ik weet het gewoon niet"

Jeroen keek haar een tijdje aan en lachte "we zullen zien, je bent hier altijd welkom, hoe kort ik je ook ken, een zus zal je nooit meer worden voor me, daar zijn we te oud voor, maar vriendschap is wat mij betreft mogelijk, beloof me alleen één ding, wees altijd eerlijk tegen me, verraad me niet, ik zal jou ook nooit verraden"

Hij stond op en liep terug over het dok naar het strand. Marloes liep achter hem aan en keek wat hij deed. Met een mes sneed hij een berg mossels van de rotsen en gooide ze in een tasje die hij mee had genomen, daarna rommelde hij wat tussen de rotsen en viste vier grote krabben uit hun holletjes.

"Voor vanavond" lachte hij

***

Het eten was perfect, de mosselen werden gekookt in witte wijn en vers geplukte kruiden, de krabben in een kruidenbouillon. Erbij hadden ze zeekoraal, een soort groene stengels van zeewier, zout, maar lekker. Marjolein keek naar hem over haar glas wijn "jezus, je kan gewoon overleven op wat je hier uit de zee haalt" Jeroen schoot in de lach "wacht maar tot ik een keer ga vissen, ik heb buiten een rookkamer, dat is echt heerlijk, en op het eiland sterft het van de hazen, ook lekker"

Samen ruimden ze de tafel af en wasten ze af terwijl Jeroen vertelde over het eiland, zijn eiland, waar hij koning was en zij koning wilde worden. Ze stond dicht tegen hem aan en keek vaak naar hem op terwijl ze de spullen zorgvuldig droogde.

Die avond stonden ze weer voor het manshoge raam en keken in de duisternis, periodiek doorbroken door een felle lichtstraal. Ze pakte zijn hand en trok hem tegen zich aan. Ze rilde even toen ze zijn armen om zich heen voelde sluiten en wreef zich tegen hem aan.

"Kus me" fluisterde ze zachtjes en ze keek op naar hem. Hij streelde haar haar en keek naar haar, naar haar volle glimmende lippen. "god.. Marloes... ik... wil je dat echt?"

Marloes knikte en sloeg haar armen rond zijn nek, ze trok hem naar zich toe en duwde haar lippen op de zijne. Zachtjes likte ze over zijn lippen, vragend, smekend. Ze wreef haar lichaam tegen hem aan en kreunde zachtjes.

Voorzichtig opende hij zijn mond iets en ze voelde zijn handen over haar rug glijden, één vlak boven haar billen en één in haar nek. Teder streelde hij met zijn tong over haar lippen en toen over haar tong. Ze beantwoordde hem speels. Minutenlang kusten ze voor ze elkaar weer aankeken.

"Jezus Marloes" hijgde hij terwijl hij in haar ogen keek.

"Mmmmh Jeroen" giechelde ze en ze trok hem weer naar zich toe, wild kuste ze hem, meteen door hem beantwoord, zijn hand gleed over haar ronde zachte kont en ze voelde hem zachtjes kneden en strelen. Hij tilde haar op en ze sloeg haar benen rond zijn middel, zonder de kus te verbreken droeg hij haar naar zijn slaapkamer.

***

Glimlachend stond ze voor hem, ze keek hem aan terwijl ze haar shirtje over haar hoofd trok. Hij keek naar haar, haar slanke lijf, haar kleine ronde borsten met kleine maar harde tepels op kleine donkere tepelhoven.